College van kerkrentmeesters
College van kerkrentmeesters
Om in de kerkelijke gemeente slagvaardig aan het werk te kunnen blijven en onder verantwoordelijkheid van de kerkenraad een beleid voor de toekomst te kunnen ontwikkelen, heeft het College van Kerkrentmeesters een beleidsplan opgesteld.
Daarin zijn de voornaamste activiteiten en toekomstige ontwikkelingen beschreven.
Uitgangspunt is het voeren van een goede exploitatie en een goed vermogensbeheer.
Visie
Het College van Kerkrentmeesters heeft als taak voorwaarden in materiële zin te scheppen om het Vieren, Dienen en Leren vorm en inhoud te geven. Van deze drieslag behoren vooral de voorwaardenscheppende activiteiten voor het Vieren en Leren tot de taak van het College van Kerkrentmeesters. Het Dienen en alles wat daarmee samenhangt, behoort onder meer tot het taakveld van de Diaconie met uitzondering van het dienen van de gemeente door de inzet van de predikanten. Bij het Vieren denkt het college aan de erediensten. Bij het Leren gaat het om activiteiten die nodig zijn om de gemeente goed te ondersteunen, te ontwikkelen en te onderleggen. Het gaat daarbij om zaken zoals catechese, jeugdwerk, gemeenteavonden, studies/scholing van predikanten, etc.
Huidige stand van zaken
De elementaire taken van het College van Kerkrentmeesters zijn de volgende:
a. Verwerving van geldmiddelen
-Deelname aan de actie Kerkbalans ter verkrijging van vaste vrijwillige bijdragen. Daarvoor wordt met name in de maand januari veel propaganda gemaakt met behulp van posters en door persoonlijke brieven en folders waarin een voorlopige begroting wordt voorgelegd en verantwoording over het afgelopen jaar afgelegd.
- Collecteren tijdens de erediensten voor het beheer van de kerk
- Extra acties t.b.v. specifieke doelen. Een voorbeeld van zo'n dergelijke actie is de rommelmarkt / bazaar. De opbrengst hiervan is altijd t.b.v. het onderhoud van onze gebouwen.
b. Beheer van de middelen
Om de middelen zo goed mogelijk te verdelen en te zorgen dat de gemeente aan alle drie uitgangspunten toekomt, stelt het College van Kerkrentmeesters jaarlijks een begroting, rekening en balans op die ter goedkeuring aan de kerkenraad wordt voorgelegd.
Het financiële beleid van het College is erop gericht dat er jaarlijks een acceptabele, zo mogelijk sluitende, begroting overlegd kan worden. Dat houdt in dat bij het ontwikkelen van activiteiten, het aangaan van verplichtingen en het voeren van personeelsbeleid het College een sturende rol vervult. Wanneer er aanvullende wensen zijn vanuit de gemeente, dan zal de gemeente daar ook de financiële consequenties van moeten dragen en de middelen daarvoor beschikbaar dienen te stellen. Het beleid van het College is er op gericht dat liquide middelen op rentedragende (spaar)rekeningen worden uitgezet.
c. Werkgever
Het dienstverband van de medewerkers is een primaire taak van het College van Kerkrentmeesters. Daarbij zal worden uitgegaan van de arbeidsvoorwaarden zoals die door de landelijke organen zijn opgesteld. Voor kerkelijk medewerkers zal het College optreden als werkgever, behalve voor predikanten, omdat die functie tot de vrije beroepen behoort.
d. Beheer gebouwen
Onderhoud en exploitatie van de kerkgebouwen, pasorien en loods komen voor rekening van de kerkelijke gemeente.
Thans vinden er regelmatig verhuuractiviteiten plaats aan derden. Voor de verhuur gelden vastgestelde prijzen evenals voor de consumpties. Voor verhuur en voor gebruik van de consumpties zijn twee tarieven vastgesteld nl. voor kerkelijk en voor niet-kerkelijk gebruik.
Bij het beheer van de gebouwen hoort tevens het beheer van de aanwezige apparatuur. Zo wordt gebruik gemaakt van een cassetterecorder om de vieringen op te nemen, zodat daar op ene later tijdstip gemeenteleden naar kunnen luisteren. Via de “kerkradio” (eigen zender-ontvangst inrichting) worden de diensten elke zondag uitgezonden zodat gemeenteleden de vieringen via de speciale radio’s kunnen volgen. De technische kosten voor dat beheer komen voor rekening van het College van Kerkrentmeesters. Er wordt gewerk aan een nieuw systeem, hierover later meer.
De pastorie wordt conform de landelijke regeling verhuurd. Inzake het beheer en het onderhoud van de pastorie hanteert het College identieke regels als Woningbouwverenigingen: het binnenonderhoud is voor rekening van de huurder, het onderhoud buiten en de vervanging van technische installaties, is voor rekening van het College van Kerkrentmeesters.
e. Beheer archieven
Het beheer van zowel de statische als de dynamische archieven behoort tot de verantwoordelijkheid van het College van Kerkrentmeesters. De dynamische archieven berusten bij de secretaris en de penningmeester. Voor de statische archieven heeft het College een administrateur aangesteld die als archivaris het statische archief beheert. Voor de uitvoering van die taak is de archivaris gehouden aan de richtlijnen voor het beheer van de kerkelijke en semi-kerkelijke archieven, uitgegeven door de Commissie ter registratie van de protestantse kerkelijke archieven.
f. Bijhouden ledenregister
Uit het ledenregister moeten de gewenste gegevens kunnen worden verstrekt aan predikanten, kerkelijkwerkers, sectieouderlingen en sectieteams. Het ledenbestand zal niet aan individuele leden of aan derden ter beschikking worden gesteld, behoudens aan organen binnen de PKN. Het ledenregister dient bruikbaar te zijn voor het bijhouden van de vaste vrijwillige bijdragen met dien verstande, dat het bestand dusdanig is beveiligd dat slechts de leden van het College van Kerkrentmeesters die belast zijn met de geldwerving, toegang tot dit bestand hebben.
Tevens dient het ledenregister inzicht te bieden in de mutaties die plaatsvinden. Het moet overigens mogelijk zijn om daarvan overzichten te produceren. De registratie van de leden is geregeld bij de Wet Bescherming Persoonsgegevens.
g. Gemeente en financiën
Een volwaardige geloofsgemeenschap valt te omschrijven als een gemeenschap die de beschikking heeft over een (fulltime) predikant, een kerkgebouw, een pastorie, een (cantor)organist en voldoende financiële middelen voor de uitvoering van allerlei activiteiten. Voorwaarde om een volwaardige geloofsgemeenschap te behouden is zorg dragen voor het jaarlijks verwerven van voldoende financiële middelen. Het terugdringen van structurele lasten zal dit gemakkelijker maken. Aandachtspunt voor de komende jaren is het vinden van een goed evenwicht tussen inkomsten en uitgaven. Het beleid is er op gericht het ledenbestand en de financiële administratie op termijn te koppelen.
Gezien de tekorten die de komende jaren begroot worden dient de aandacht vooral uit te gaan naar het terugdringen van de lasten.
Een volgend aandachtspunt is de vergroting van de inkomsten door het uitzetten van gerichte acties onder de weinig en of niet bijdragende leden.
Om de gemeenteleden sterker bij de collecten te betrekken, zal het College van Kerkrentmeesters doelen gaan benoemen waarvoor de collecten bestemd zijn. Deze worden vermeld op het collecterooster, dat samen met de diaconie zal worden opgesteld en aan de kerkenraad ter goedkeuring wordt voorgelegd.
h. Onderhoud
Om de kerkgebouwen en pastorieën in goede staat van onderhoud te houden en om de uiterlijke uitstraling in de omgeving positief te houden dient jaarlijks een substantieel bedrag geïnvesteerd te worden. Om meer grip te krijgen op de onderhoudskosten waar we de komende jaren mee geconfronteerd zullen worden, zal worden gewerkt aan de opstelling van een meerjarenonderhoudsplan voor al het onroerende goed.
|